Wijzigingsberichten
|
1) Vanaf 1 september 2020 werd de maximum toegelaten snelheid op de Brusselse ring (R0) verlaagd.
Lees meer: Wijzigingen
2) Cijfers juni tot en met december 2018 aangepast begin februari 2019 voor sommige indicatoren
Lees meer: Wijzigingen |
3) Sinds oktober 2018 werd de kilometrering gewijzigd op de A1/E19-Noord en op de A11/E34.
Lees meer: Wijzigingen
4) Sinds oktober 2017 kan een selectie van de indicatoren ook worden geconsulteerd voor een aantal niet-snelwegen.
Lees meer: Wijzigingen 5) Sinds oktober 2017 kunnen de indicatoren ook in kaartvorm worden geconsulteerd.
Lees meer: Wijzigingen 6) Sinds 1 september 2017 is het snelwegennet, en zodoende ook de snelwegindicatoren, uitgebreid met het nieuw stuk A11, met name de verbinding tussen de N31 en de N49 ten zuiden van de haven van Zeebrugge.
Lees meer: Wijzigingen 7) Op 1 januari 2017 werd in het Verkeerscentrum een nieuwe versie in gebruik genomen van de snelwegensegmentering (het wegennet waarop de indicatoren zijn gebaseerd). Dit heeft enkele consequenties op de verkeersindicatorenresultaten.
Lees meer: Wijzigingen |
U kan historische gegevens over het verkeer op de Vlaamse snelwegen (en enkele niet-snelwegen) opvragen via de pagina Verkeersindicatoren.
Wat zijn verkeersindicatoren
Op welke gegevens zijn de indicatoren gebaseerd
Welke verkeersindicatoren zijn beschikbaar
Maandelijkse actualisatie
Hoe indicatoren opvragen
Selectiemogelijkheden
Definities wegsegment, weg (A/B/E/R), knooppunt en invloedsgebied
Gebruiksvoorwaarden
Wat zijn verkeersindicatoren
Verkeersindicatoren zijn statistieken die het verkeer op een kwantitatieve manier beschrijven. Aan de hand van die cijfers kunnen verkeerssituaties onderling vergeleken worden (bijvoorbeeld regio Brussel versus regio Antwerpen) en evoluties in de tijd in kaart gebracht worden.
Op welke gegevens zijn de indicatoren gebaseerd
De verkeersindicatoren op deze website worden berekend (afgeleide informatie) op basis van brongegevens die het Verkeerscentrum permanent inwint op de Vlaamse snelwegen (en enkele niet-snelwegen)::
- Verkeersmetingen via dubbele inductieve detectielussen in het wegdek (meetnet ´Meten in Vlaanderen´) geven op rijstrookniveau info over het aantal passerende voertuigen, hun soort en hun snelheid.
- De verkeersinformatieberichten over files en ongevallen opgemaakt in de controlezaal van het Verkeerscentrum en automatisch verspreid via ondermeer RDS-TMC. Ze zijn gebaseerd op een mix van automatische en manuele inwinsystemen of bronnen (detectielussen, incidentdetectiecamera´s, bewakingscamera´s, wegpolitie, praatpalen, weggebruikers, etc.)
Welke verkeersindicatoren zijn beschikbaar
Dit is de lijst van de verkeersindicatoren die beschikbaar zijn. Ze zijn gebundeld in groepen die elk op zich een verschillend aspect van het verkeer beschrijven:
-
Verkeersvolumes: indicatoren over het aantal, soort en aandeel voertuigen op de weg, alsook de relatie tot de beschikbare wegcapaciteit
- verkeersvolume
- verkeerssamenstelling (voertuigklasse)
- verzadigingsgraad
- verkeersprestatie (= afgelegde voertuigkilometer)
-
Verkeersafwikkeling: indicatoren over files en vertragingen, alsook de tijdsverliezen die ze veroorzaken
- filezwaarte
- filelengte
- fileduur
- voertuigverliesuren
- gepresteerde voertuiguren
- duur vertraagd verkeer
-
Reistijd: indicatoren op basis van de uit de verkeerssnelheden afgeleide reistijden
- reistijd
- reisbetrouwbaarheid
- reistijdfactor
-
Ongevallen
- aantal ongevallen
- afhandelingsduur ongevallen
-
Verkeersgedrag: indicatoren met betrekking tot het rijgedrag van de weggebruikers, in het bijzonder over de mate waarin ze de verkeersregels naleven
- snelheidsbeeld
- volgtijd
- volgafstand vrachtwagens
Maandelijkse actualisatie
De indicatorwaarden worden maandelijks automatisch berekend. De cijfers van de voorbije kalendermaand zijn beschikbaar vanaf de tweede helft van de huidige maand (bijvoorbeeld de cijfers voor mei 2015 zijn opvraagbaar vanaf de tweede helft van juni 2015). Dankzij die vertraging kunnen meetgegevens, die niet real-time uit de verkeersdetectoren konden worden opgehaald, alsnog mee verwerkt worden.
Hoe indicatoren opvragen
Dit gebeurt interactief online aan de hand van zoekselecties in selectievensters (zie selectiemogelijkheden). U ontvangt de zoekresultaten op kaart, op grafiek of in tabelvorm, die geëxporteerd kunnen worden.
Selectiemogelijkheden
Tenzij anders aangegeven geven de cijfers steeds een gemiddelde waarde: het verkeersbeeld op een gemiddelde dag. De wijze waarop het gemiddelde wordt berekend wordt bepaald door de gemaakte selectie uit deze selectiemogelijkheden:
- Periode
Hiermee bepaalt u of u een gemiddeld cijfer wenst per maand (maandgemiddelde) of per jaar (jaargemiddelde) en voor welke maanden en jaren. - (Ruimtelijk) aggregatieniveau
Met uitzondering van de (verkeers)gedragindicatoren is het fijnste niveau waarop de cijfers berekend worden, data per wegsegment. Door selectie van het (ruimtelijk) aggregatieniveau kan u de cijfers ook laten sommeren over wegsegmenten heen tot één cijfer voor een volledige snelweg, voor een (invloeds)gebied of zelfs tot één cijfer voor Vlaanderen (= volledige snelwegennet).
Verkeersgedrag is zeer locatiegerelateerd. Deze indicatoren worden bijgevolg gerapporteerd per meetpost (beeld over de rijstroken heen op een locatie) of per meetpunt (beeld op één rijstrook op een locatie). - Dagtype
Hiermee bepaalt u welke dagen in de berekening van de gemiddelde dag worden meegenomen en welke niet. Bijvoorbeeld een gemiddelde voor alle dagen of een gemiddelde enkel voor weekenddagen, of enkel voor werkdagen, enz. - Dagdeel en/of tijdsvenster
Hiermee bepaalt u voor welk deel van de dag (tijdsvenster) u gegevens wenst. u kan bijvoorbeeld gegevens opvragen voor de volledige dag (0-24u), voor de voormiddag (0-12u) of voor de ochtendspits, enz. - Voertuigklasse
Het meetnet ´Meten in Vlaanderen´ (dubbele detectielussen) maakt bij het inwinnen van de tel- en snelheidsgegevens onderscheid tussen verschillende voertuigklassen (bijvoorbeeld niet-vrachtwagens, vrachtwagens, alle voertuigen, enz.). U bepaalt zelf voor welke voertuigklasse u de indicator wil opvragen. - Wegcategorie
Hiermee bepaalt u welke types of categorieën van wegsegmenten in de berekening van de indicator worden meegenomen en welke niet. U kan bijvoorbeeld gegevens opvragen voor wegsegmenten uitsluitend gesitueerd op de hoofdrijbaan van de weg of uitsluitend gesitueerd op op- en afritten, enz.
De selectiemogelijkheden verschillen per indicator. Hulptekstjes achter de vraagtekens op de pagina van de indicatoren geven telkens meer info over de selectiemogelijkheden en de gehanteerde definities.
Definities wegsegment, weg (A/B/E/N/R), knooppunt en invloedsgebied
Wegen (A/B/E/N/R)
- A-wegen (snelwegen)
- B-wegen (korte verbindende stukjes snelweg zoals de B401 en B402 nabij Gent)
- N-wegen (niet-snelwegen)
- R-wegen (ringwegen, waarvan alleen de R0, R1, R2 en R4 in Vlaanderen een snelwegstatuut hebben)
Het Vlaamse snelwegennet omvat alle wegen met een snelwegstatuut, met name de A-wegen, aangevuld met de B401, R0, R1, R2 en delen van de R4 en R8.
Snelwegen met een functie in het Europese snelwegennet hebben ook een E-nummer. Elke Vlaamse E-weg heeft ook een A-nummer, maar niet elke A-weg heeft een E-nummer (bijvoorbeeld de A12 en de A10 Jabbeke-Oostende). De E-nummering is een internationale nummering en loopt bijgevolg door over de landsgrenzen, maar ook over meerdere A-wegen. Zo loopt de E40 in Vlaanderen over de
- A18 De Panne - Jabbeke
- A10 Jabbeke - Brussel
- A3 Brussel - Luik
Op deze kaart vindt u alle snelwegen met hun A- en E-nummer terug.
Wegsegmenten
Elke weg is onderverdeeld in wegsegmenten. Een segment is een stuk weg tussen twee opeenvolgende uitwisselingspunten (punten waar verkeer de weg kan vervoegen of kan verlaten). Bijvoorbeeld:
- een stuk weg tussen een oprit en de eerstvolgende afrit
- een stuk weg tussen de afrit en de oprit van hetzelfde op- en afrittencomplex
- een stuk weg tussen twee opeenvolgende kruispunten
- een afrit
- een oprit
- een aansluiting op een kruising (knooppunt) van twee snelwegen
- enz.
Voor de naamgeving van de wegsegmenten wordt gebruik gemaakt van de officiële namen van de knooppunten en de op- en afrittencomplexen zoals ze langs de weg vermeld staan op de witte borden met zwarte opschriften.
Bijvoorbeeld het wegsegment ´Van Lokeren naar Waasmunster´ op de A14/E17 is het stuk snelweg tussen de oprit van het op- en afrittencomplex nr 12 (Lokeren) en de afrit van het op- en afrittencomplex nr 13 (Waasmunster).
Knooppunten
Een knooppunt is de kruising van twee (of meer) snelwegen. Op een knooppunt kan men van de ene snelweg de andere snelweg oprijden.
Voor de naamgeving van de knooppunten wordt gebruik gemaakt van de officiële namen zoals ze langs de weg vermeld staan op de witte borden met zwarte opschriften.
Op deze kaart vindt u de verschillende knooppunten en hun naam terug.
Invloedsgebieden
Invloedsgebieden zijn zones rond de grootstedelijke gebieden. De grenzen van die gebieden zijn zo gekozen dat het merendeel van de normale structurele congestie op de snelwegen, gerelateerd aan die steden, is omvat door het gebied. De beschouwde invloedsgebieden zijn:
- Antwerpen
- Brussel
- Gent
- Rest Vlaanderen
Op deze kaart vindt u de afbakening van de verschillende invloedsgebieden terug.
Gebruiksvoorwaarden
Hergebruik van de informatie is mogelijk conform de bepalingen van de gratis Open Data Licentie van de Vlaamse Overheid.